Overslaan en naar de inhoud gaan

Dansmeesterviooltje

Fig.1

Dansmeesterviooltje, Michel Straub, Venetië, 1686, inv. 0491

Dansmeesterviooltje, Michel Straub, Venetië, 1686, inv. 0491

Fig.2

Dansmeesterviooltje (etiket), Michel Straub, Venetië, 1686, inv. 0491

Dansmeesterviooltje (etiket), Michel Straub, Venetië, 1686, inv. 0491

Fig.3

Dansmeesterviooltje (krul), Michel Straub, Venetië, 1686, inv. 0491

Dansmeesterviooltje (krul), Michel Straub, Venetië, 1686, inv. 0491

Fig.4

Dansmeesterviooltje (krul), Michel Straub, Venetië, 1686, inv. 0491

Dansmeesterviooltje (krul), Michel Straub, Venetië, 1686, inv. 0491

Fig.5

Dansmeesterviooltje (klankbord), Michel Straub, Venetië, 1686, inv. 0491

Dansmeesterviooltje (klankbord), Michel Straub, Venetië, 1686, inv. 0491

Het dansmeesterviooltje is een klein strijkinstrument waarvan de Franse theoreticus Marin Mersenne (1588-1648) in zijn Harmonie Universelle (1636) zegt dat het gebruikt werd door de violisten die danslessen gaven en het instrument in hun zak droegen. Door het beperkte volume van de klankkast heeft het instrument een schrille klank, waardoor het de Vlaamse bijnaam creytertje kreeg.

In tegenstelling tot wat Mersenne suggereerde, werd het dansmeesterviooltje niet alleen bespeeld door dansmeesters. Het kon ook gebruikt worden voor toneel of in de huiselijke muziekpraktijk, maar het succes ervan is onmiskenbaar verbonden met het sociale belang van de dans in de 17de en 18de eeuw.

Het dansmeesterviooltje met inv. nr 0491 draagt een etiket waarop het volgende staat: Michel Straub in Venezia 1686. Michele Straub of Strauss (1631-na 1685) was een vioolbouwer uit Füssen die zich in 1659 in Venetië vestigde. Het instrument heeft een langwerpige bootvorm. De rug bestaat uit vijf ribben, gescheiden door inleg. Het klankbord heeft twee C-vormige klankgaten en één in de vorm van een omgekeerd hart. De hals wordt bekroond door een ivoren leeuwenkop - waarschijnlijk van latere oorsprong dan de rest van het instrument - en is versierd met stippelmotieven op de achterkant.

In de 19de eeuw was dit dansmeesterviooltje eigendom van Auguste Tolbecque (1830-1919), een vioolbouwer, cellist en componist die een grote collectie muziekinstrumenten bijeenbracht. In 1879 werd deze verzameling verkocht aan het Instrumentenmuseum van het Brusselse conservatorium – het latere MIM. In 1969 werd het viooltje echter gestolen tijdens een tentoonstelling die door het Muziekinstrumentenmuseum georganiseerd werd in het Hôtel de Sully in Parijs. Het dook in september 2024 weer op toen het bij een veilinghuis werd ingeleverd, dat het object identificeerde op basis van het etiket.

Bibliografie

Marin Mersenne, Harmonie universelle, Livre quatriesme des Instrvmens a chordes, Parijs, 1636, p. 177.

René de Maeyer (éd.), Exposition des instruments de musique des XVIème et XVIIème siècles: organisée par le Musée Instrumental de Bruxelles en l’Hôtel de Sully à Paris, juni 1969.

Stefano Pio, Violin and lute makers of Venice: Venezia 1640-1760, Venezia, Venice Research, 2004, p. 79-84.

Rachael Durkin, « The Dancing-Master’s Toolkit: a Summary of the Pochette of the Seventeenth and Eighteenth Centuries and its Role in Society », The Galpin Society Journal, 70 (2017), p. 65-79, 225.