Overslaan en naar de inhoud gaan

Kemangeh roumy: migratie van een instrument

Acquisitie van een kemangeh roumy

Toen Victor Mahillon (1841–1924), de eerste conservator van het Musée des instruments du Conservatoire in Brussel, in 1878 begon aan de inventaris van de bijna 300 instrumenten die het nieuwe museum toen telde, noemde hij dit instrument een Duitse viola d'amore.[1] Puur formeel gezien was dit geen onlogische beslissing. De morfologie is die van een viola d'amore, een gestreken chordofoon met meetrillende of resonantiesnaren, die een zeker succes kende in de achttiende eeuw, vooral in de Duitstalige landen en in Italië.

Ondertussen weten we dat instrument inv. nr. 0225 uit Egypte komt. In...

Lees meer
Kemangeh roumy, Egypte, 1750-1800, inv. 0225
Kemangeh roumy, Egypte, 1750-1800, inv. 0225

Eurocentrisme

Het is niet zonder betekenis dat Fétis zich toelegde op de verwerving van Egyptische instrumenten op het moment dat het jonge Belgische koninkrijk, tot neutraliteit gedwongen door het Verdrag van Londen in april 1839, betrokken raakte bij de ‘Oosterse kwestie’ en de complexe machtsspelletjes tussen Frankrijk, Engeland, de Ottomaanse Sultan en de Egyptische onderkoning. Terwijl het conflict tussen het Egypte van kedive Mohamed Ali en zijn 'theoretische' vorst, sultan Mahmud II, een nieuwe episode inging met de tweede Egyptisch-Ottomaanse oorlog (1839-1840), en terwijl Frankrijk en Engeland van...

Lees meer
François-Joseph Fétis (1784-1871)

Kemangeh roumy en viola d'amore

Onder de zestien instrumenten die Zizinia voor Fétis in Alexandrië verzamelde - luiten, fluiten, hobo's, trommels, lieren, zithers en violen - bevond zich deze ‘kemangeh roumy’.[1] Zoals gezegd vertoont het instrument de kenmerken van de Europese viola d'amore: Het heeft zeven spelende (melodische) en zeven meetrillende snaren die onder de fretloze toets lopen. De wijze waarop de melodische en meetrillende snaren bevestigd zijn, lijkt sterk op die van de Europese viola d'amore. De klankgaten hebben de vorm van vlammen, een typisch kenmerk van de viola d'amore. De zwarte vernis waarmee het...

Lees meer
Verloop van de meetrillende snaren onder de toets en bevestiging van de meetrillende snaren aan de onderkant van de klankkast op de kemangeh roumy (MIM, inv. 0225) en op een klassieke viola d'amore (Andreas Ostler, Wrocław, 1730, MIM, inv. 1388)
Verloop van de meetrillende snaren onder de toets en bevestiging van de meetrillende snaren aan de onderkant van de klankkast op de kemangeh roumy (MIM, inv. 0225) en op een klassieke viola d'amore (Andreas Ostler, Wrocław, 1730, MIM, inv. 1388)

Stemming

Volgens Fétis onderscheidt de kemangeh roumy zich van de Europese viola d'amore door zijn stemming. Deze is omgekeerd aan die van de Europese strijkinstrumenten, waarbij de laagste snaren links en de hoogste snaren rechts liggen (zie Fig. 3). Fétis koppelt dit aan de vorm van het staartstuk, dat links langer is dan rechts.[1] Op Europese viola d’amore’s is het staartstuk ofwel symmetrisch ofwel langer aan de rechterkant.

[1] Zie Fétis, Histoire, vol. 2, 141.

Stemming van de kemangeh roumy (Fétis, Histoire générale de la musique, 1869)
Stemming van de kemangeh roumy (Fétis, Histoire générale de la musique, 1869)

Interne structuur

De interne structuur van het instrument doet echter sterk vermoeden dat het oorspronkelijk is ontworpen voor een Europese stemming, met de laagste snaren links, aangezien de basbalk die aan de onderkant van het klankblad is uitgesneden, zich onder de linkervoet van de kam bevindt en niet onder de rechtervoet. Het inwendig onderzoek van de kemangeh roumy geeft aan dat het instrument gebouwd is door een Europese bouwer of door een bouwer die in Europese technieken is opgeleid. Zo zijn de klankgaten van binnenuit afgeschuind, een typisch kenmerk van de Europese barokvioolbouw. De aanwezigheid van...

Lees meer
Kemangeh roumy (MIM, inv. 0225), endoscopische foto's (lijmreepjes, afgeschuinde klankgaten, hoekblok, uitgesneden basbalk)
Kemangeh roumy (MIM, inv. 0225), endoscopische foto's (lijmreepjes, afgeschuinde klankgaten, hoekblok, uitgesneden basbalk)

Fétis en Villoteau

Het dient vermeld dat 40 jaar vóór Fétis, Guillaume André Villoteau (1759–1839), een van de savants die deelnam aan Napoleons Egyptische campagne (1799–1801), een soortgelijke kemangeh roumy had afgebeeld in zijn bijdrage over muziekinstrumenten in de beroemde Description de l'Égypte, op een plaat met gravures getiteld: ‘Instrumens orientaux à corde connus en Égypte’.

In het rapport van Villoteau over de kemangeh roumy staat dat ‘deze viola sterk lijkt op het instrument dat nog niet zo lang geleden in Frankrijk en Italië bekend was onder de naam viola d'amore’.[1] Volgens Villoteau betekent...

Lees meer
Links: Plaat AA van Villoteau (in Description de l’Égypte. Panches, 1817), n° 14: Kemangeh roumy. Rechts: Fétis, Histoire, vol. 2, 141
Links: Plaat AA van Villoteau (in Description de l’Égypte. Panches, 1817), n° 14: Kemangeh roumy. Rechts: Fétis, Histoire, vol. 2, 141

Migratie

De getuigenissen van Villoteau en Fétis roepen de vraag op of de Europese viola d'amore aan het eind van de achttiende eeuw door plaatselijke muzikanten in Egypte is gebruikt. Zoals gezegd is de kemangeh roumy niets anders dan een herstemde Europese viola d'amore. We weten dat er zich tussen de goederen die tegen het einde van de achttiende eeuw tussen het Ottomaanse Rijk en Europa werden verhandeld, ook viola d'amore’s bevonden. De eerste getuigenissen van viola d'amore’s bespeeld in de mediterrane gebieden verschenen in de jaren 1760. Baron de Tott (1733–1793), een Frans-Slowaakse diplomaat...

Lees meer
Horniman Museum, Londen, inv. 3825
© Horniman Museum, Londen, inv. 3825

Een andere verwijzing naar hetzelfde type instrument is van de hand van de Turkse muzikant en musicograaf Rauf Yekta Bey (1871–1935) die begin jaren twintig schreef dat de sine keman nog altijd ‘het meest populaire instrument onder de liefhebbers van Turkse klassieke muziek’ was; ‘aangezien de kamermuziek van de Turken erg zacht is, past het merkwaardig poëtische en melancholische timbre van de viola d'amore er goed bij ... en haar bijzondere charme komt beter tot haar recht in de luxueuze en mysterieuze omgeving van de oosterse salons’.[1] Yekta zegt vervolgens zelf een sine keman te bezitten...

Lees meer
Rauf Yekta Bey, ‘La musique turque’, in Lionel de la Laurencie en Albert Lavignac (uitg.), Encyclopédie de la musique et dictionnaire du Conservatoire. Première partie. Histoire de la musique, vol. 5 (Parijs: C. Delagrave, 1922), 3014
Rauf Yekta Bey, ‘La musique turque’, in Lionel de la Laurencie en Albert Lavignac (uitg.), Encyclopédie de la musique et dictionnaire du Conservatoire. Première partie. Histoire de la musique, vol. 5 (Parijs: C. Delagrave, 1922), 3014

De kemangeh roumy van het MIM

Toen Villoteau eind jaren 1790 in Caïro kemangeh roumy’s zag, beschreef en illustreerde hij een model in zijn verslag, maar vond het instrument niet interessant genoeg om er een mee te nemen naar Frankrijk. Behalve de afbeelding van Villoteau en het instrument van Fétis zijn er geen andere Egyptische kemangeh roumy’s in de vorm van een viola d'amore bekend. Bijgevolg is de kemangeh roumy van Fétis wellicht de eerste (en enige?) die naar Europa is gebracht. Fétis’ instrument was waarschijnlijk van Oostenrijkse makelij en zou dan van Wenen naar Alexandrië en vervolgens naar Brussel zijn gereisd...

Lees meer
Kemangeh roumy, Egypte, 1750-1800, inv. 0225
Kemangeh roumy, Egypte, 1750-1800, inv. 0225